Jeruzalem tijdens de Ottomaanse overheersing in 1865 |
Tijdens de
Ottomaanse overheersing, was het voor de Joodse bevolking van Jeruzalem
moeilijk om de Kotel (Westelijke Muur of Klaagmuur) te bezoeken. Het
Moslim Kwartier van de Oude Stad van Jeruzalem was in de 12e eeuw
uitgebreid met het Mughrabi (of Marokkaanse) kwartier dat aan dit restant van
de Tempel van Herodes grensde.
Toen de Britten
het Mandaat over Palestina kregen vroeg de Hoofd commissaris van Palestina zich
af waarom geen enkele Joodse filantroop de Kotel nooit gekocht had.
Britse soldaat houdt de Joden in de gaten |
Op
verzoek van de Arabieren werd een status quo overeenkomst gesloten door de
Britten die het plaatsen van banken of stoelen bij de Kotel verbood. Een
Engelse officier werd gestationeerd om te voorkomen dat de Joden het toch
deden. Zij mochten ook geen scherm plaatsen om de mannen en vrouwen te scheiden
als grote groepen mensen bij elkaar kwamen om te bidden. De Arabieren waren
bang dat de Joden hun rechten op de Kotel wilden laten gelden en daarmee
gelijktijdig ook die van de Tempelberg. Moefti al-Husseinie gaf opdracht voor
nieuwe constructies naast en boven de Kotel. De Britten gaven toestemming voor
de bouw van een moskee ernaast, inclusief een minaret, en een muezzin werd
aangesteld om de Moslims op te roepen tot gebed. Deze provocaties leidden tot
protesten van de Joden. De spanningen namen toe.
In 1929 gaf de Moefti
de opdracht dat een opening werd gemaakt tussen het zuidelijke
punt van de
smalle ruimte voor de Kotel. Het doodlopende straatje werd nu een doorgangsweg
van de Tempelberg in de gebedsruimte. Muilezels werden door de smalle steeg
geleid, die vaak hun ontlasting achterlieten. De Joden protesteerden over deze
praktijken en de bouwprojecten in de omgeving. De Engelsen haalden hun
schouders op.
Arabieren
provoceerden, vielen biddende Joden aan, en gebruikten Joodse protesten als een
aanleiding voor de vreselijke Hebron pogrom in augustus 1929.
De Volkerenbond
gaf toestemming voor een onderzoekscommissie.
David Yellin,
hoofd van de Hebreeuwse Onderwijzers Seminarie, lid van het Ottomaanse
Parlement en een van de eerste publieke figuren die openlijk lid werd van de
Zionisten beweging sprak de Commissie toe:
"Vandaag worden
wij door u beoordeeld. Een land dat sinds haar bestaan is berooid van alles wat
haar dierbaar en heilig is – de graven van de aartsvaderen; de graven van haar
grote koningen, de graven van haar heilige profeten en boven al, de plaats waar
de Heilige Tempel stond. Alles is haar afgenomen; en van al de getuigen van
haar heiligheid, is maar een ding overgebleven – een klein stukje van een muur,
die aan een kant begrensd wordt door de plaats van haar vroegere tempel. Voor die
stenen muur, staat deze natie onder de open lucht, in de hitte van de zomer en
tijdens de winter regen, om haar hart uit te storten voor God in de
hemel."
De Commissie concludeerde
dat de Kotel, de steeg daarvoor en het Marokkaanse Kwartier het eigendom
waren van de Moslim Waqf. Joden hadden te allen tijde 'recht op 'vrije toegang
tot de Westelijk Muur om te bidden'. Het was echter verboden (illegaal) om op
de Sjofar te blazen.
In de jaren
dertig was dit ook al verboden, maar het kwam regelmatig voor dat jongeren aan
het einde van de Jom Kippoer dienst het toch deden. Zij werden prompt
gearresteerd, wat meestal resulteerde in een zware geldboete of een
gevangenisstraf van 3-6 maanden.
De Commissie
stipuleerde ook dat de Moslims geen dieren meer door het steegje mochten leiden
of op andere manieren de Joodse gebedssamenkomsten verstoren, zoals muziek maken
vlakbij de Muur.
Tijdens de
Onafhankelijkheids oorlog in 1948 viel de Oude Stad van Jeruzalem in handen van
de Jordaniƫrs. De Joodse bevolking werd verdreven en 19 jaar lang konden de
Joden alleen vanaf de Zionsberg een glimpje opvangen van de Kotel. Erbij komen
was niet toegestaan.
Wat een vreugde
toen in 1967 Jeruzalem heroverd en herenigd werd.
Het Marokkaanse
kwartier werd met de grond gelijk gemaakt en het plein voor de Kotel vergroot.
Joden en
niet-Joden uit de hele wereld bidden nu dagelijks bij die eeuwenoude muur, die
ooit onderdeel was van de Tempel van Herodes, uit de tijd van Jezus.
No comments:
Post a Comment